Het paardengebit is erg groot. De kiezen kun je zonder kunde of hulpmiddelen niet eens zien! Afhankelijk van de leeftijd kan een paard tot wel 44 tanden en kiezen in zijn mond hebben. Er wordt bij het tellen onderscheid gemaakt tussen een melk- en een volwassenegebit. Het wisselen van een melk naar een volwassenegebit begint ongeveer rond de 2,5 jaar.
Het melkgebit
Het melkgebit bevat 12 snijtanden en 12 kiezen. Dit zijn de premolaren nummer 2,3 en 4. Daarnaast kan het melkgebit een of meerdere wolfskiesjes hebben. Deze premolaren (nummer 1) kunnen gemakkelijk verwijderd worden omdat ze verder geen functie meer in de mond hebben. Ze zijn dus rudimentair. Het verwijderen van deze kiezen voorkomt onder andere problemen met het accepteren van het bit door het paard. Dit komt omdat deze kies precies op de plek zit waar ook het bit terecht komt. Dit kan irritatie geven als het bit steeds tegen deze kies aankomt.
Het volwassen gebit
Het volwassen gebit bevat net als het melkgebit 12 snijtanden, maar kan ook maximaal 4 hoektanden ontwikkeld hebben. Deze hoektanden worden ook wel hengsten- of ruinentanden genoemd. Dat komt omdat deze tanden voornamelijk in hengsten en ruinen gezien wordt. Toch kunnen merrie’s deze hoektanden ook krijgen. Daarnaast heeft het volwassen gebit geen 12 maar 24 kiezen. Naast de 12 premolaren (nummer 2,3 en 4) heeft het ook 12 molaren (nummer 1, 2 en 3). Daarnaast kan ook het volwassen gebit wolfskiesjes hebben, als deze niet al verwijderd zijn.